Krijt
Afzettingen uit het Laat-Krijt (en het vroege deel van het eropvolgende Paleoceen) worden gerekend tot de Krijtkalk Groep. De kalkafzettingen uit Zuid-Limburg (veelal kalksteen dat foutief als 'mergel' wordt aangeduid) behoren tot deze groep, die verder in een groot deel van de Nederlandse ondergrond voorkomt. Alleen in een noordwest-zuidoost lopende zone in Centraal-Nederland zijn deze afzettingen door latere erosie verdwenen. De Krijtkalk Groep bestaat vooral uit fijnkorrelige kalksteen en is opgebouwd uit de skeletjes van mariene micro-organismen zoals coccolithoforen.
In groeven in de Geulhemmerberg in Zuid-Limburg is er in kalksteen van de Krijtkalk Groep een aantal kleilaagjes gevonden. Deze zijn afgezet net na de meteorietinslag die het einde van het Krijt markeert.
Tijdens het Laat-Krijt werd in ondiepe kustzones groenzand gevormd en konden in ondiepe kustzones, naast groenzand, ook grofkorrelige kalken ontstaan. Deze zijn opgebouwd uit de resten van verschillend plant- en diergroepen: kalkalgen, mosdiertjes, schelpdieren, foraminiferen, enzovoort. In zowel de fijnkorrelige als grofkorrelige kalkstenen zijn later vuursteenlagen ontstaan. De kalksteenafzettingen van het Laat-Krijt vormen de ondergrond van het Zuid-Limburgse heuvelland (waaronder het Plateau van Margraten). Hier komen ze voor in drie formaties, te weten de Vaalsformatie, die vooral uit groenzand bestaat, de Formatie van Gulpen, die uit fijnkorrelige kalksteen bestaat, en de Formatie van Maastricht, die voornamelijk uit grofkorrelige kalk bestaat.
Wat zien we aan het oppervlak?
Krijtgesteenten kennen we vooral uit Zuid-Limburg, waar ze te vinden zijn in dalwanden van onder meer de Maas en de Geul en in mergelgroeves. De opeenvolging van lagen in de wand aan de noordkant van de ingang van de ENCI-groeve, onder de Hoeve Lichtenberg, is op deze plek al vroeg in de tijd goed bestudeerd. Deze wand is uitgeroepen tot stratotype van het tijdperk Maastrichtien. Deze naam wordt wereldwijd gebruikt. De bekendste Limburgse krijtgesteenten zijn witbeige kalken van de Formatie van Gulpen en de Formatie van Maastricht, waarin donkere vuursteenlagen voorkomen. De Limburgse kalksteen is rijk aan fossielen en zodoende zeer bekend bij verzamelaars. In de omgeving van Vaals en in het zuidelijke Geuldal komen lokaal groenzanden voor van de Formatie van Vaals.
Op een enkele plaats bij Winterswijk, zoals in het beekdal van de Boven-Slinge en directe omgeving, vinden we groenzanden aan het oppervlak, waarin in het verleden belemnieten en schelpafdrukken zijn aangetroffen. In de buurt van Losser komt heel lokaal Vroeg-Krijt (Vlielandzandsteen Formatie uit de Rijnland Groep) aan de oppervlakte. In de Staringgroeve, een geologisch monument, vinden we zandsteen waarin fossielen van planten, tweekleppigen en inktvissen te vinden zijn.
Delfstoffen
Gas- en oliehoudende zandsteen ('reservoirgesteentes') zijn alom te vinden in Vroeg-Krijtafzettingen in de ondergrond van Noord-Nederland. In Twente en omgeving wordt drinkwater gewonnen uit Krijtzandsteen.
Kalksteen uit het Laat-Krijt wordt al sinds het begin van de jaartelling gewonnen voor bouwsteen. Later is het ook in gebruik genoemen voor productie van kunstmest en cement. In 2007 werd er nog actief gedolven in twee grote groeves: de ENCI-groeve in de Sint Pietersberg, bij Maastricht, en de NEKAMI-groeve nabij het Rooth, aan de rand van het Plateau van Margraten. Sinds prehistorische tijden is er vuursteen gewonnen uit de afzettingen van het Laat-Krijt. De mijnen van Rijckholt waren de bron van vele vuurstenen werktuigen die in een groot gebied in Noordwest-Europa zijn gebruikt.
Maak jouw eigen website met JouwWeb